Modalverben (2)

In diesem zweiten Teil lernen Sie die letzten beiden wichtigen Hilfsverben, nämlich:

Wollen (wollen; Wille, Absicht)
Zullen (sollen; Wahrscheinlichkeit)

Ik - wil/zal
Jij/je, u - wilt / zult/zal
Hij, zij/ze, het - wil zal
Wij/we - willen / zullen
Jullie - willen / zullen
Zij/ze - willen / zullen

Anmerkungen:
1. Englischsprachige Studenten des Niederländischen verwechseln leicht willen und zullen. Das Verb willen bedeutet zu wollen, nicht werden! Zullen bedeutet sollen.
2. Die Verbformen für Jij/je in Fragesätzen sind:
Wil jij? + Wilt u?
Zal jij? + Zult u?
3. Beachte in den Übungen, mit welchen Hauptverben (Infinitiven) die Hilfsverben kombiniert werden.

1. Ik wil graag een appeltaart met slagroom.
Ik zal naar mijn zieke opa in het ziekenhuis gaan.


2. Jij wilt naar dansles.
Wil jij naar dansles?
Wilt u bestellen, meneer?

Je zult wel honger hebben.
Zal jij de test halen?
Zult u naar Breda reizen, mevrouw?

Modalverben (2)

Wanneer willen jullie naar
het concert gaan?

Waarom willen jij eigenlijk
zo vroeg naar bed?

Zullen we morgen de
presentatie afmaken, Sander?

Volgens mij willen jij niet
naar huis fietsen, Marie.

Ze zullen wel moe zijn na
vandaag.

Wat willen u graag
bestellen, jongedame?

Je bedoelt Karla? Zij willen
niet meer in Utrecht wonen.

Ik vraag me af of ik de trein
zullen halen.

Wie willen tegenwoordig nog
een televisie?

Het zullen niet lang meer
duren, dat beloof ik.

Wij willen gewoon een goed
feestje organiseren.

Jij zullen waarschijnlijk
eerder thuiskomen dan mij.

Mijn excuus, ik zullen
jullie niet meer lastigvallen.

Je zullen wel bang zijn voor
de testuitslag!

Wat zullen jullie smullen
van het toetje straks!

Wanneer willen jullie naar
het concert gaan?

Waarom wil jij eigenlijk
zo vroeg naar bed?

Zullen we morgen de
presentatie afmaken, Sander?

Volgens mij wil jij niet
naar huis fietsen, Marie.

Ze zullen wel moe zijn na
vandaag.

Wat wilt u graag
bestellen, jongedame?

Je bedoelt Karla? Zij wil
niet meer in Utrecht wonen.

Ik vraag me af of ik de trein
zal halen.

Wie wil tegenwoordig nog
een televisie?

Het zal niet lang meer
duren, dat beloof ik.

Wij willen gewoon een goed
feestje organiseren.

Jij zal waarschijnlijk
eerder thuiskomen dan mij.

Mijn excuus, ik zal
jullie niet meer lastigvallen.

Je zult wel bang zijn voor
de testuitslag!

Wat zullen jullie smullen
van het toetje straks!

Modalverben (2)

Verben in der Gegenwart

Download for Free
Integrity

We believe that honesty and integrity are rewarded over the long run.

Passion

Our collaborators and we have a great passion for what we do.

Customer Focus

The customer is at the center of all we do.

Start learning now.

Together with LENGO you can master any language. Get our app now and get started right away.

Lose yourself in numerous categories.

Download
Lengo packs
Lengo languages

Become a creator.

We offer various ways you can become a part of LENGO. Find out how you can collaborate with us to improve how people learn languages around the world.

Learn More